‘Problemen overlaten aan een ander is ook een soort van oplossen.’

Gij nu – Griet Opdebeeck

‘Problemen overlaten aan een ander is ook een soort van oplossen.’ Dat is een zin die ik las in Gij nu van Griet Opdebeeck, die bij me is blijven hangen. Niet alleen omdat ik erom moet lachen, maar ook omdat het ontzettend herkenbaar is. In mijn ogen is het een gevoel dat in onze maatschappij heerst. Problemen overlaten aan een ander. Neem bijvoorbeeld troep achterlaten voor een ander. Op microniveau speelde zich dit af in mijn vorige gedeelde huis. Voorbeeld: een huisgenoot ontving een pakketje, nam de inhoud mee naar haar kamer, maar liet de doos achter. Vuile vaat werd op de afwasmachine gezet in plaats van erin. Wanneer ik dat zag, vroeg ik mij af wat er precies de bedoeling van was. Werd het achtergelaten voor mij om op te ruimen? Nou ben ik een redelijk opruimerig, naar Mari Kondo neigend type, dus het kan zijn dat ik daarmee de indruk heb gewekt dat ik het ook leuk vind om andermans troep op te ruimen. Dat is niet per se het geval.

Sinds ik in Tokyo ben geweest is het me nog duidelijker geworden hoe bijzonder ons rondslingermilieu in Nederland is.

Op mesoniveau – toegegeven, dit woord moest ik Googlen –  doet zich het fenomeen van troep achterlaten voor een ander bijvoorbeeld voor in de stad. Ik ben altijd al verbaasd geweest over de hoeveelheid zwerfafval die er in Nederland op straat te vinden is. Onze vuilnisvoorzieningen zijn volgens mij vrij ver gevorderd en het aantal prullenbakken per inwoner ligt relatief hoog. Ik heb hier overigens geen onderzoeken voor raad gepleegd. Sinds ik in Tokyo ben geweest is het me nog duidelijker geworden hoe bijzonder ons rondslingermilieu in Nederland is. De dichtstbevolkte metropool met de meeste inwoners van de wereld heeft geen zwerfafval. Gewoon geen. Niks. Ze hebben ook zeer zeker niet meer prullenbakken per inwoner. Ook daar heb ik geen onderzoeken voor raad gepleegd, dat is puur een observatie. Het is daar een schande om je troep op straat te gooien, en als er per ongeluk iets valt ren je er desnoods achteraan als het wegwaait. Hoe het kan dat je daar schuin wordt aangekeken als je aan littering doet, en dat het hier in bepaalde kringen stoer is om je red bull blikje achteloos naast een prullenbak op de grond te gooien, is me een raadsel. Op het moment dat zo’n blikje op de grond ligt, is het gewoon een probleem voor een ander. Opgelost. Wel zo makkelijk.

Uiteindelijk is het ontkennen van problemen ook een soort van oplossen.

Op macroniveau zie je bijvoorbeeld het verschepen van plastic afval vanuit ons land naar derdewereldlanden. Daar viel mijn mond wel echt van open, toen ik daar achter kwam. We zijn ons er denk ik allemaal, wereldwijd, wel van bewust dat we al een tijdje bezig zijn met grote milieuproblemen overlaten aan een ander. Zelfs de ontkenners van milieuproblematiek. Want uiteindelijk is het ontkennen van problemen ook een soort van oplossen. En met het ontkennen schuif je het probleem gewoon door naar een ander(e generatie). Sommige problemen zijn ook te groot om te bevatten. Het gevoel dat je er in je eentje toch niks aan kunt veranderen kan ook best verpletterend werken. Daar is zelfs een woord voor tegenwoordig: klimaatdepressie. Ik zou mezelf geen klimaatdepressie toeschrijven, daar ben ik over het algemeen iets te positief gestemd voor en dat zou betekenen dat ik het al op heb gegeven. Maar opgeven is voor mij geen optie. Ik vind dat er op al deze niveaus echte oplossingen moeten worden gevonden. En die oplossingen liggen wat mij betreft nooit bij een ander. Die liggen bij ons allemaal. Dus ook bij mezelf.

2 Comments

  1. Anna wietske juni 4, 2020 at 5:51 pm

    Misschien nog een keer naar Japan om dan wel onderzoek te doen?

    1. Jildau juni 5, 2020 at 10:54 am

      Sowieso nog een keer naar Japan, maar dat onderzoek laat ik aan iemand anders over, haha.